Sinds de verkiezingen voor de Tweede Kamer in maart 2017 zijn ruim 883 duizend jongeren 18 jaar geworden. Circa 810 duizend van hen mogen voor het eerst voor een Tweede Kamerverkiezing een vakje rood kleuren. De overige bijna 73 duizend (8,3 procent) zijn niet kiesgerechtigd, omdat zij niet over de Nederlandse nationaliteit beschikken.
Als een van de maatregelen om de kans op besmetting met het coronavirus te verkleinen, mogen kiesgerechtigden die op de verkiezingsdag 70 jaar of ouder zijn dit jaar per post stemmen. Dit zijn bijna 2,42 miljoen mensen, ruim 18 procent van het totaal aantal kiesgerechtigden. Van de 2,45 miljoen 70-plussers heeft 1,5 procent geen Nederlandse nationaliteit. In de gemeenten Utrecht en Urk is iets minder dan 10 procent van de stemgerechtigden een 70-plusser. De Noord-Hollandse gemeente Laren telt met 32 procent relatief de meeste 70-plussers.
Het uitgangspunt voor de schatting van de kiesgerechtigde bevolking op 17 maart 2021 is de bevolking op 1 januari 2021. In de periode tot de verkiezingen verandert de kiesgerechtigde bevolking licht. In de periode tussen 1 januari 2021 en 17 maart 2021 worden bijvoorbeeld naar schatting 44 duizend 17-jarigen stemgerechtigd. Tegelijkertijd zullen er in de zelfde periode naar schatting 40 duizend mensen overlijden. Dit is niet meegenomen in de schatting van de kiesgerechtigde bevolking. Er zal ook buitenlandse migratie plaatsvinden en mensen kunnen in de tussentijd de Nederlandse nationaliteit aannemen.
CBS
Yorumlar
Kalan Karakter: